Nog meer steken.

Als je de Oslo steek en de basis steken kent, kun je de volgende steken eens proberen. Het groene voorbeeld is de Arboga steek. Het gele gele voorbeeld is een variatie van de Asle steek. Het rode voorbeeld is de Bjorsbo steek. Het oranje voorbeeld is de ArBo steek.

buitenkant.

Bovenstaande foto is de buitenkant van je naaldbindwerk.

binnenkant

Bovenstaande foto is de binnenkant van je naalbindwerk.

De Arboga steek.

De Arboga steek begin je met een knoop om je duim.

Het dikke gedeelte van de knoop is achter je duim.

Aan de voorkant van je duim is de wollen draad in het midden van je duimnagel.

Je steekt de naald achter door de lus en zo ontstaat er nog lus om je duim.

Je hebt nu 2 lussen om je duim, de bovenste lus schuif je van je duim.

Een lus om je duim en een lus achter je duim, nu maak je een Oslo steek.

Nu heb je een lus om je duim, een lus achter je duim en nog een klein lusje.

Je steekt je naald achter in je duim lus, draait deze kloksgewijs (naar rechts) en neem je het kleine lusje op je naald, nu heb je 2 lussen op je naald. vervolgens ga je met je naald onder je duimlus en onder je werkdraad door en klaar is je eerste Arboga steek.

De Arboga steek is een mooie en compacte steek die lijkt op een breisteek. Als je deze steek een tijdje doet is het eigenlijk wel een gemakkelijke steek die je ook nog redelijk snel kunt naaldbinden.

De Asle (variatie) steek.

Een makkelijke variatie van de asle steek, er zijn veel variaties mogelijk, deze steek is al beschreven in het hoofdstuk Asle. De lange kleurige muts is genaaldbind met de Asle steek met als verbindingsteek F1.

Asle F1

De Bjorsbo steek.

De Bjorsbo steek is een heel makkelijke steek omdat de steek erg lijkt op de Oslo steek. Bij de Oslo steek ga je onder je werkdraad door en bij de Bjorsbo steek ga je over je werkdraad en dat is het verschil met de Oslo steek, verders zijn ze precies gelijk. De bjorsbo steek heeft een vrij dichte structuur en de stof voelt iets steviger aan dan de Oslo steek. Wat ook opvalt bij deze steek is dat de binnenkant en de buitenkant een heel ander patroon heeft. Veel steken hebben vaak hetzelfde patroon aan de binnen-en buitenzijde van het naaldbindwerk.

De ArBo steek.

De ArBo steek is ontstaan toen ik de Arboga en de Bjorsbo steek had geleerd. Als je nou eens deze steken zou combineren, wat krijg je dan was de gedachten. Een ”eigen” steek maken is ontzettend leuk, zeker als het een mooie steek is geworden. De subjectiviteit is natuurkijk door mijn grote enthousiasme allang verdwenen maar dat heb je zo met uitprobeersels. Het is dan ook prettig als ander naaldbind kunstenaars deze steek ook prachtig vinden. De steek is heel makkelijk, je maakt eerst de arboga steek en gaat Niet onder maar Over je werkdraad door en dat is de ArBo steek geworden.

Deel dit artikel via:

Pinterest
WhatsApp
Facebook
Email
Over de auteur:

Bert Veugelers

Mijn passie is het doorgeven van het oude ambacht naaldbinden. Met dit blog wil ik mensen inspireren het naaldbinden te ontdekken en mijn kennis hiervan met veel toewijding, geduld en aandacht te delen 😄.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *