De oslo steek
De Oslo steek is vaak de eerste steek die men leert. Het is 1 lus om je duim en 1 lus achter je duim. Deze steek is voor mij de basis steek die je makkelijk kunt uitbreiden, door een lus meer of minder om je duim of achter je duim te doen. Hierdoor krijg je meteen een heel ander steek en zo zijn er een paar honderd steken mogelijk.

De Fåberg Steek
De Faberg steek heb ik ontdekt toen ik de Oslo steek aan het naaldbinden was. Ik heb toen eens een extra lus om mijn duim gedaan, kijken of het wat wordt en het werd een hele mooie steek. Op de Noorse internet nalbinding groep kreeg ik de naam van ”mijn” ontdekte steek te horen het is de Fåberg steek. De steek is dichter, dikker en ook wat breder dan de Oslo steek.

De Finse steek.
De Finse steek komt uit Finland, de steek heeft 2 lussen om je duim en 2 steken achter je duim. Met F1 als verbinding steek.
Als je een nog dichtere stof wiltmaken dan kun je de de F2 verbinding steek gebruiken. De steek F2 verbinding steek maakt de stof is sterker, dichter en lekker warm voor o.a. sokken wanten of een trui.
Een warme baret voor mijn kale hoofd.

Bijna klaar.

In de toekomst ga ik met een betere filmcamera en lamp mijn filmpjes verbeteren en ook mijn Engelse taal, ik blijf leren, analyseren en ontdekken 🙂
Proeflapjes.

Bij het breien of haken maakt men proeflapjes om de steken verhouding te kunnen bepalen. Ook bij het naaldbinden maakt men gebruik van ”proeflapjes”. De proeflapjes die ik maak zijn 30 steken lang en 5 rijen breed en zijn geen vierkantjes maar platte polsbandjes en laten mooi de verschillende verhouding en grootte zien.
Bij alle proeflapjes heb ik de F2 verbinding steek gebruikt, (F2 is de oude en de nieuwe steek opnemen op je naald).
Bij de dubbele Oslo steek je 2 keer in de bovenste duim lus i.p.v. 1 keer.
De Arbo, Arboga en Bjorsbo steek worden uitgelegd bij het hoofdstuk: Nog meer steken.
1 reactie
Geweldig , heel duidelijke uitgelegd.
Dank u wel . Ik hoop nog veel filmpjes te kunnen vinden.
Vriendelijke groeten ,
Marijke.